In Marokko gestrande Nederlander schrijft brief aan regering

De Rotterdammer moest op 18 maart met zijn vrouw naar Nederland terugkeren, maar dat lukte niet. Hij schreef in naam van alle Nederlanders die in Marokko vastzitten, een brief aan de Nederlandse regering. Hij beschuldigt de autoriteiten ervan niets te doen om hen te helpen.

"Wij willen weg uit Marokko! Hoogzwangeren, mensen met kanker die voor behandeling naar huis moeten, mensen die familie thuis hebben die ernstig ziek zijn, mensen die geen geld meer over hebben.", leest men in de brief.

"We zitten in een klein plaatsje in het midden van Marokko, in een appartement aan het strand. We hebben wat dat betreft veel geluk, want ik kom hier al tien jaar om te surfen dus we kennen lokale mensen. Zij hebben ons goed in bescherming genomen."

"Mijn moeder heeft alvleesklierkanker en zit midden in de behandeling. Ze wordt over een paar weken geopereerd. Wij zijn nu al een maand weg en dat is ontzettend naar in een periode dat familie elkaar zo hard nodig heeft. En bovendien moeten wij bij thuiskomst twee weken in zelfquarantaine, dus we hebben ook nog wat rektijd nodig.", aldus Jonas.

De Rotterdammer vroeg hulp aan de Nederlandse ambassade in Marokko en meerdere andere instanties. Hij ging ook twee keer naar de luchthaven, tevergeefs. "Er gebeurt nu zeker van alles. Ik heb een probleem dat ik niet terug kan, maar dat is niet levensbedreigend. Maar er zijn mensen die dat wél hebben."