Spaanse landbouwer wint rechtszaak tegen Koning Mohammed VI

De Europese rechter heeft José Cánovas Pardo gelijk gegeven over de verjaringstermijn voor het instellen van een rechtsvordering. De landbouwer kweekte zonder vergunning de mandarijn-variëteit die exclusief wordt geproduceerd door Nadorcott Protection, een onderneming die eigendom is van de Marokkaanse koninklijke familie. Volgens de rechter moet de verjaringstermijn beginnen te lopen vanaf het tijdstip waarop de houder van de exploitatievergunning de illegale exploitatie heeft ontdekt en de auteur ervan heeft geïdentificeerd, en niet op het einde daarvan.

Lees ook: Chantage-zaak Koning Mohammed VI voor de rechter in Frankrijk

De rechter moest een beslissing nemen over de vraag of de onderneming Nadorcott Protection nog steeds het recht had om een vordering in te stellen, of dat dit recht was verjaard na het verstrijken van de in de Europese verordening gestelde termijn van drie jaar. José Cánovas Pardo produceert de variëteit sinds 2006 zonder vergunning op een plantage in de stad Alhama de Murcia. In oktober 2007 heeft de onderneming van de Marokkaanse koninklijke familie hem een aanmaning gestuurd om de productie stop te zetten. Maar pas in november 2011 bracht Nadorcott Protection de zaak voor de rechter.

Lees ook: Marokkaanse Koninklijke familie wint juridische strijd om Nadorcott-mandarijnen

Het is nu aan de Spaanse justitie om te bepalen of de beschuldigingen tegen Pardo geverifieerd zijn en of de Marokkaanse onderneming daadwerkelijk op de hoogte was van de illegale exploitatie van haar mandarijn, meer dan drie jaar voordat zij in november 2011 gerechtelijke stappen ondernam.