Zoeken

Samir Azzouz riskeert 6 jaar celstraf voor financieren Syriëgangsters

15 juli 2022 - 10:20 - Wereld

©

In Nederland heeft het Openbaar Ministerie een gevangenisstraf geëist van zes jaar tegen voormalig Hofstadgroep-lid Samir Azzouz, voor onder meer het inzamelen van geld voor vrouwen en kinderen in Daesh-gebied. Volgens het Openbaar Ministerie was dat geld bedoeld voor het financieren van terrorisme.

Het Openbaar Ministerie beschuldigt Azzouz ervan dat hij een groep van 25 vrouwelijke leden van Daesh financieel heeft gesteund of hielp ontsnappen uit kampen in Syrië. Een groot aantal van deze vrouwen staat op de nationale sanctielijst terrorisme. Azzouz heeft in totaal meer dan 107.000 dollar ingezameld en naar Syrië gestuurd. "We moeten onze ogen niet sluiten: zonder financiering, geen terrorisme", stelde het Openbaar Ministerie woensdag in de rechtbank van Rotterdam. Justitie vindt dat Azzouz, door die steun eigenlijk deel uitmaakte van Daesh, schrijft het AD.

Lees ook: Syriëgangster Fatima H. krijgt Nederlanderschap terug

De 36-jarige Samir Azzouz is al bijna 20 jaar een bekende naam uit de Nederlandse jihad-scene. Hij werd eerder veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf voor terrorisme en kwam in september 2013 vrij. Hij was lid van de Hofstadgroep, een netwerk van radicaal-islamitische jongeren. De huidige zaak draait om hulp aan Nederlandse vrouwen en kinderen die vast kwamen te zitten in Koerdische detentiekampen in Syrië. Samir zamelde 107.000 dollar in onder hun familieleden en bezorgde het via een systeem van ondergronds bankieren aan de vrouwen.

Azzouz werd in juni 2020 gearresteerd en zat een jaar in voorarrest. Volgens het Openbaar Ministerie heeft hij zich schuldig gemaakt aan de financiering van terrorisme. Een aantal vrouwen die geld ontvingen werden in Nederland veroordeeld tot jarenlange celstraffen en andere vrouwen zitten waarschijnlijk nog in de Syrische regio Idlib, één van de laatste nog overgebleven bolwerken van Daesh in Syrië.

Lees ook: België: Syriëstrijdster Hafsa Sliti naar Hof van Cassatie na ’oneerlijk proces’

De Marokkaanse Nederlander ontkent iedere link met terrorisme en ziet het overmaken van geld als humanitaire hulp. Zijn advocaat Tamara Buruma, vindt dat Samir, in tegenstelling tot de familieleden, er wel in geslaagd is om de vrouwen te helpen. Volgens haar kon hij in die periode ook niet weten dat zijn handelen strafbaar was. "De vaders die het eerder was gelukt hun dochters, zoals Laura H., weg te krijgen uit IS gebied, werden als helden gezien." Ze vindt dat Samir niet gestraft mag worden. "Hij moest kiezen tussen twee kwaden: helpen, met risico op detentie, of niet helpen en dan zien hoe de kinderen van zijn vrienden verder in de problemen zouden raken. Hij liet het zwaarst wegende belang voorgaan."

Bladna.nl