Onderzoek naar discriminatie bij H&M

Mediawebsite The Fashion Law schrijft dat een artikel van een Zweedse krant ervoor zorgde dat de Ombudsman een onderzoek is opgestart naar discriminatie door H&M. Het artikel baseerde zich op getuigenissen van werknemers en klanten. Mensen met een niet-Zweedse etnische achtergrond wordt onder meer gevraagd om een aankoopbewijs te tonen bij het omruilen van een artikel, terwijl dat volgens het beleid van de modeketen niet nodig is.

De krant publiceerde ook videobeelden, die onder meer met verborgen camera’s werden opgenomen en waarop te zien is hoe mensen met een andere etniciteit het omruilen geweigerd wordt. Na deze bekendmakingen is de Zweedse ombudsman voor gelijkheid een onderzoek gestart om na te gaan of H&M het discriminatieverbod heeft overtreden. De instantie heeft H&M om meer uitleg gevraagd.

Reuters merkt op dat de ombudsman voor gelijkheid "niet de bevoegdheid heeft om sancties op te leggen", maar een formele discriminatiezaak kan indienen als hij constateert dat H&M in strijd heeft gehandeld met de Zweedse Discriminatiewet. Volgens een "vergelijkende analyse van de non-discriminatiewetgeving in Europa" van de Europese Commissie uit 2017 "schommelt de schadevergoeding voor schendingen van de non-discriminatiewetgeving in Zweden over het algemeen tussen de 1700 en 13.000 euro, afhankelijk van de omstandigheden."

Een formele reactie van H&M op het onderzoek van de gelijkheids-ombudsman, wordt op 22 december verwacht.