Zoeken

Dichter Mustafa Stitou: "In Marokko was het nooit echt vakantie"

15 augustus 2022 - 12:30 - Cultuur

©

De Marokkaans-Nederlandse dichter Mustafa Stitou debuteerde op 19-jarige leeftijd met de dichtbundel ’Mijn vormen’. Voor zijn poëzie ontving hij onder andere de Jan Campertprijs. Het dagblad Trouw spreekt met hem over zijn leven en zijn werk, in het kader van een reeks zomerinterviews

De 48-jarige Mustafa Stitou werd geboren in het Marokkaanse Tetouan en verhuisde als baby van twee maanden oud, met zijn ouders naar Lelystad. Hij studeerde filosofie in Amsterdam en debuteerde in 1994 met de bundel ’Mijn vormen’, gevolgd door ’Mijn gedichten’ in 1998. Zijn dichtbundel ’Varkensroze ansichten’ (2003), leverde hem de VSB Poëzieprijs en de Jan Campertprijs op en hij kreeg de Awater poëzieprijs voor ’Tempel’ (2013).

Lees ook: Marokkaans-Belgische Amina Belôrf debuteert met krachtige dichtbundel

Zijn vijfde dichtbundel ’Waar is het lam?’, gaat over Abraham die door God gevraagd wordt zijn zoon Izaäk te offeren. Moslims herdenken dit verhaal tijdens Eid ul-Adha, maar ook voor joden en christenen is het belangrijk. De gedichten van Stitou verbinden de religieuze, psychologische en historische aspecten van het offer en zijn persoonlijke geschiedenis. "Mijn vader leeft niet meer, maar geloof was voor hem – hoe zeg ik dat goed? – de islam was een vanzelfsprekend deel van zijn identiteit. Mijn moeder is heel ­fanatiek, niet zozeer in haar ideeën, vooral in haar toewijding aan de rituelen. Mosque shaped alarm clock, het gedicht waarmee de bundel besluit, kun je lezen als een portret van mijn moeder".

Als kind ging Stitou naar de koranschool. "Ik was heel ­ijverig, al ging het me vooral om de waardering van mijn ouders. Maar zo aan het begin van mijn puberteit kwamen de twijfels. Dat was verwarrend. Ik geloofde niet echt meer, maar, ik was nog wel... Ik was nog wel bang, denk ik. Voor de hel en andere manieren waarop God je kon straffen. Dat is paradoxaal: bang zijn voor een God in wie je niet gelooft. De islam heeft mij gevormd en godsdienst heeft mij altijd gefascineerd. Dus werd het tijd om daaraan te gaan staan. Als dichter. Onverschrokken afdalen in de eigen psyche, ook schrijven over wat misschien schaamtevol is, en tegelijk de blik naar buiten richten, op de geschiedenis, de mythen, de maatschappij. Om al die lagen bij elkaar te brengen in poëzie", aldus Mustafa Stitou.

Lees ook: Met een sterke boodschap zet Hind Eljadid mensen aan het denken

De 84-jarige moeder van Stitou is analfabeet en ook zijn vader las niet, en toch sloop de literatuur stilletjes zijn leven binnen. "Ik heb drie zussen, een oudere broer en een jonger broertje. Mijn twee jongste zussen waren lezers, die gingen naar de bibliotheek, vlakbij ons huis, ze leenden romans, detectives. Agatha Christie. Dan vertelden ze mij de plot na en moest ik raden wie het had gedaan. Was ik best goed in. Zelf had ik niet echt geduld voor romans. Ik was veertien, vijftien toen ik de poëzie ontdekte. In diezelfde bibliotheek. Met gedichten klikte het meteen. Door ze op te zeggen, werken ze. Voor mij staat dit gedicht voor het loslaten van de schuldvraag, voor de ruimte die ik heb gemaakt voor mijn eigen religiositeit, waarvan ook magisch denken onderdeel kan zijn. Wat ik daaronder versta? Nou, soms maak je iets mee dat toeval lijkt, maar toch een boodschap aan jou lijkt te bevatten."

Eens in de twee jaar ging de familie Stitou naar Marokko. "In een busje, met alle kinderen. Mijn broer achter het stuur, mijn vader had geen rijbewijs. Die reis vond ik altijd leuk en avontuurlijk, maar als we in Marokko waren, was het nooit echt vakantie. Mijn ouders leefden met één been in Nederland en één in Marokko. Tijdens vakanties pakten ze hun andere leven op, dat lange tijd had stilgestaan. Als wij naar het strand wilden, was daar vaak geen tijd voor omdat er visite zou komen of er iets geregeld moest worden."

Lees ook: In ’De Bastaard’ gaat Rashif El Kaoui op zoek naar zijn dubbele identiteit

Na de zomer wil Stitou eerst zijn hoofd leegmaken om weer ontvankelijk worden. "Dan langzaam een beetje vollopen. Lezen. Nadenken. Eropuit trekken. Ik heb wel een idee welke richting ik op wil. Na ’Waar is het lam?’, dat voor mij ook gaat over loslaten en ruimte maken, wil ik me voor een volgende bundel verdiepen in schepping, creatie. Maar je kunt je van alles voornemen, poëzie laat zich niet afdwingen. Kan goed zijn dat er iets heel anders geschreven wil worden."

Bladna.nl

Bladna.nl - 2024 - Contact - Over Bladna.nl - Privacybeleid - Ons team