Nora El Abdouni, sociaal werkster van het jaar in Nederland

De jonge vrouw is hulpverleenster bij Pretty Woman in Utrecht. Zij werd op dinsdag 8 december tot Sociaal Werker van het Jaar 2015 verkozen.

Nora won eind oktober al de Hein Roethofprijs voor het project Bloedlink, een samenwerking van Pretty Woman, de politie Utrecht en de stichting Al-Amal. Samen geven ze voorlichting over de gevaren van sexting op middelbare scholen.

Aan het AD vertelde Nora over haar jaar, de dieptepunten maar ook liefde en verdriet die ze in 2015 ervoer "Elk jaar is een goed jaar voor de liefde. Mijn oma vergeleek de liefde altijd met de waarheid. Dan zei ze: ’soms overwint ze, soms doet het pijn’. Bij mij heeft de liefde dit jaar heel erg overwonnen. Er zijn veel mensen die me steunen, stimuleren en liefhebben. Ik voel me een gezegend mens."

Wanneer Nora over verdriet wordt aangesproken denkt ze onmiddellijk aan de terreurorganisatie Daesh. "Ik noem deze organisatie, in navolging van de Franse president Hollande, geen IS. Dat staat namelijk voor Islamitische Staat. En aan Daesh is niks islamitisch en het is ook geen staat, maar een beweging. We moeten ze niet de erkenning geven die ze niet verdienen. Na Parijs is me helemaal duidelijk dat het Daesh niet uitmaakt of je gekleurd bent of wit, een hoofddoek draagt of niet. Voor andersdenkenden is geen genade. Ze zijn onmenselijk en wreed. Er moet daarom geen wig gedreven worden tussen moslims en niet moslims. En juist wel tussen deze wrede, gestoorde gekken plus hun sympathisanten en de weldenkende mensen in dit land.’’

Voor de rest doet Nora het goed. "Ik sport, bid, eet, werk, heb lief en verslaap me. Nou, dat was het wel. Het gaat goed met me." Ze leerde in 2015 ook "dat verandering eng is (...) Zelf heb ik eind juni besloten een hoofddoek - beter gezegd een hidjab - te gaan dragen. Ik was bang voor uitsluiting, vervelende reacties, vooroordelen. Er was iemand die opeens vroeg of ik me bekeerd had. Nee, dus, want ik was al een moslim. Ik wil dat gewoon ook laten zien, daar voel ik me prettig bij. Uiteindelijk vonden mensen het mooi en dapper dat ik mijn identiteit toon.’’