Zoeken

13-jarige Syriëganger Oussama Chaara terug in Marokko

25 juli 2014 - 23:54 - Marokko

©

Eind vorig jaar had het vertrek van Oussama Chaara, zonder twijfel de jongste Marokkaanse Syriëganger, voor veel onbegrip gezorgd. De jongen zou een tiental dagen geleden in alle stilte naar Marokko zijn teruggekeerd.

Foto’s waarop de jongen trots poseerde met een Kalasjnikov gingen vorig jaar viraal op het internet. Oussama was naar Syrië vertrokken om er samen met zijn vader Ahmed Charaa, tegen het regime van Bashar Al Assad te gaan vechten. Ahmed Chaara is één van de leiders van de groepering Daach (Islamitische Staat van Irak en de Levant).

De terugkeer van de jonge Oussama, maar ook van zijn moeder en zus, zou het gevolg zijn van de grote verdeeldheid tussen strijders en de opkomst van de Islamitische Staat in Irak en de Levant (nu Islamitische Staat) in de regio.

Volgens Akhbar Al Yaoum keerde Oussama een tiental dagen geleden alleen terug naar Marokko via de luchthaven van Casablanca. Al Massae meldt van zijn kant en onder vermelding van een vriend van de familie Charaa, dat ook de moeder en zuster van Oussama zijn teruggekeerd.

3000 Marokkaanse strijders in Syrië

De terugkeer van het gezin betekent niet dat Ahmed Charaa terug is. Nog steeds volgens dezelfde bron zijn Ahmed en zijn broer Yassine nog steeds in Syrië. Andere media melden dat Ahmed Charaa tijdens gevechten om het leven kwam. Maar deze informatie staat in strijd met berichten van afgelopen mei over de gevangenneming van Ahmed Charaa door de Franse en Marokkaanse geheime diensten, en diens komende uitlevering aan Marokko.

Vorige week had Mohamed Hassad, Marokkaanse minister van Binnenlandse Zaken, geschat dat tussen 2600 en 3200 Marokkanen in Syrië vechten. Ruim de helft vertrok vanuit Marokko. De rest betreft in Europa gevestigde Marokkanen die via Turkije naar Syrië gingen.

Onder de Marokkaanse strijders in Syrië bevinden zich niet enkel uitvoerders, maar ook Emirs (leger en financiën), religieuze rechters en zelfs de beroemde zwarte weduwe Fatiha Mejjati.

Bladna.nl